Instrumenten
Een fanfare is een muziekensemble dat bestaat uit koperblazers, saxofoons en slagwerk. Een fanfare verschilt dus van een harmonieorkest doordat er in principe geen piccolo, dwarsfluit, hobo, klarinet en fagot meespeelt.
Hieronder vindt u een overzicht van de verschillende instrumenten in een fanfare, met een aantal muzikale voorbeelden bij ieder instrument.
Had u graag deze lijst aangevuld met andere muziekkeuze, aarzel niet en stuur gerust een mailtje naar webmaster@fanfarewippelgem.be
De koperblazers
De koperblazers die je terug vindt in onze vereniging zijn de bugel, de trompet, de hoorn, de trombone, de bariton, de eufonium en de bastuba.
1. Bugel
De bugel (of flügelhorn) is een zeer belangrijk melodisch instrument in een fanfare.
De bugel heeft een veel zachtere, rondere klank dan een trompet. Deze klank is kenmerkend voor de hele saxhoornfamilie. Adolf Sax ging bij het ontwerpen van deze instrumenten uit van een hoorn, maar hij maakte de buizen wijder. Zo ontstond een nieuwe instrumentengroep in de blaasmuziek: het zacht koper.
Een aantal typerende voorbeelden van dit instrument zijn:
2. Trompet
Ook de trompet is een zeer belangrijk melodisch instrument in een fanfare. Maar in tegenstelling tot de bugel heeft de trompet een meer heldere en scherpere klank.
De trompet wordt in verschillende genres gebruikt waaronder klassieke muziek, jazz, bigband en pop.
Een aantal typerende voorbeelden van dit instrument zijn:
3. Hoorn
De hoorn is het meest allrounde instrument in de fanfare. Hij kan zowel hoge als lage partijen vertolken. Met een scherpe of juist zachte klank. De hoorn is van alle markten thuis.
Hoorns behoren tot de oudste koperen blaasinstrumenten. Ze zijn dan ook in ieder orkest te vinden, van fanfare tot symfonie.
Een aantal typerende voorbeelden van dit instrument zijn:
4. Trombone
Meest opvallend aan de trombone blijft natuurlijk de colies (schuif). Waar andere instrumenten gebruik maken van ventielen, daar schuift de trombone naar een volgende toon.
De klank van de trombone is daarbij helder. Het instrument behoort dan ook tot het scherp koper.
Een aantal typerende voorbeelden van dit instrument zijn:
5. Bariton en Eufonium
De euphonium maakt samen met de bariton deel uit van de Saxhoornfamilie. Dat is goed te horen aan de zachte klank. De euphonium heeft een toonbereik van het midden- tot het lage register.
Baritons en euphoniums ogen hetzelfde, ze hebben hetzelfde toonbereik, maar er is een belangrijk verschil. Een euphonium is breder gebouwd. Daardoor ontstaat een groter geluid. De bariton klinkt daarentegen helderder. Veel orkesten zetten de instrumenten naast elkaar om beide klankkleuren te benutten.
Een aantal typerende voorbeelden van deze instrumenten zijn:
6. Bastuba
Hoe groter het instrument, hoe lager de klank. Deze stelling wordt door de bas meer dan bewezen. De tonen van dit instrument vormen de basis van het orkest.
De bas is ook lid van de familie van Saxhoorns.
Je vindt hem niet alleen in de fanfare, maar ook in de harmonie, brassband en soms zelfs in het symfonie-orkest.
Een aantal typerende voorbeelden van dit instrument zijn:
De saxofoons
De combinatie riet & metaal vormt een populaire klank. Adolf Sax vond hem uit in het midden van de 19e eeuw. Hij maakte direct een hele saxfamilie. In de fanfare komen we vooral de sopraan-, alt-, tenor- en baritonsax tegen.
1. Sopraan-sax
De sopraansax is het kleinste (en hoogste) lid van de saxofoonfamilie in onze fanfare. De sopraansax is doorgaans recht, in tegenstelling tot de alt en lagere leden van de saxofoonfamilie. Maar de sopraansax komt ook in een gebogen vorm voor.
Een aantal typerende voorbeelden van dit instrument zijn:
2. Alt-sax
De altsaxofoon wordt veel gebruikt bij jazz, pop en funk. Vanwege de kleinere omvang in vergelijking met de tenor, klinkt de alt hoger en 'jubelender', wat de alt tot een soleerinstrument bij uitstek maakt.
Een aantal typerende voorbeelden van dit instrument zijn:
3. Tenor-sax
De tenor is de grotere broer, óf zus, van de alt. De tenor is te herkennen aan de extra bocht in de hals. Deze heeft een altsax niet. Tenorsaxofoons zijn te horen in rock, jazz, blues en latin muziek.
Een aantal typerende voorbeelden van dit instrument zijn:
-
Born to run - door Bruce Springsteen, solo by Clarence Clemons (rock)
-
Smooth Operator - door Sade, solo by Stuart Matthewman (smooth jazz/pop)
4. Bariton-sax
De baritonsaxofoon is de laagste veelgebruikte sax en is meestal terug te vinden in jazz, funk, blues en latin. De bariton is een octaaf lager gestemd dan een altsax. Hij is meteen te herkennen aan de drie opvallende bochten bovenaan het instrument.
Een aantal typerende voorbeelden van dit instrument zijn:
Het slagwerk
Het slagwerk kan je onderverdelen in ritmisch slagwerk en melodisch slagwerk.
1. Ritmisch slagwerk
Ritmisch slagwerk is een verzameling van instrumenten zoals het drumstel, snare drum, conga's, bongo's,... Ook de kleine percussie-instrumenten (triangel, tamboerijn, guiro, shaker, maracas enz.) kunnen hier aan bod komen.
Een aantal typerende voorbeelden van deze instrumenten zijn:
2. Melodisch slagwerk
Melodisch slagwerk is de verzamelnaam voor instrumenten zoals xylofoon, marimba, vibrafoon, pauken en klokkenspel.
Een aantal typerende voorbeelden van deze instrumenten zijn: